We hebben prachtige en overheerlijke bamboe op ons stuk grond staan. Toen we hier, jaren geleden, net waren begonnen met het vrijmaken van de olijfbomen, waren er al een keertje wat Chinezen druk in de weer in onze bamboe. Ik hoorde vooral veel kabaal en dacht dat het een wild zwijn was. Heel voorzichtig ging ik richting het lawaai, maar het bleken Chinezen te zijn. Ze schrokken zich rot. Ze kwamen bamboescheuten zoeken en ik vond dat destijds prima.
Dat stuk bamboe is er nu niet meer, want ons huis staat er nu zo ongeveer op. Wel hebben we een veel groter stuk bamboe vrijgemaakt, verder van ons huis. Vorig jaar hebben we de bamboescheuten, na even zoeken op internet hoe dat moest, zelf opgegeten. Het is echt zalig en schijnt ook gezond te zijn. Het is heel makkelijk, je maakt de bamboe schoon en houdt alleen de zachtere delen over, die laat je 40 minuten in ruim water koken en daarna kun je de bamboe door allerlei gerechten doen. Ik heb er vaak een pastasaus van gemaakt, met alleen wat ui, rode peper en rozemarijn.
Dit jaar wilde ik weer wat scheuten gaan halen en had ze wat dagen ervoor al zien staan … maar kon ze toen ik weer ging kijken, nergens meer vinden. Mijn vriend vertelde ’s avonds doodleuk dat hij een grote familie Chinezen naar beneden had zien lopen. Nou snap ik dus waar de bamboe is gebleven…
Hm. Ik zou mezelf toch even melden als ik bamboe kwam halen. Beetje jammer dat jij nu mis pakt. Ik ken bamboe scheuten alleen uit een blikje. Die doe ik altijd door de Foe yong hai. Die Chinezen doen dat ook waarschijnlijk 😉
Ja doe ik ook.